Techno-Oriëntalisme in de Westerse popcultuur

In een eerder artikel sprak ik al over techno-oriëntalisme. Hierbij verwijst ‘oriëntalisme’ naar een gedachtegang waarbij de wereld is verdeeld in het Westen en het Oosten. Daarbij wordt het Oosten vanwege het koloniale verleden als de inferieure “Ander” gezien.  Techno-oriëntalisme is een variant die specifiek gericht is op Japan. Japan wordt ook als de “Ander” gezien ten opzichte van het Westen, maar dan juist vanwege zijn superieure technologische kwaliteiten.

Techno-oriëntalisme is een relatief ingewikkelde gedachtegang, die is ontwikkeld door David Morley en Kevin Robins. De hiermee geassocieerde stereotypes zijn volgens Morley en Robins die van Japanners zonder gevoelens of emoties. Het is alsof ze maar gedeeltelijk menselijk zijn. Bovendien is een stereotype gedachte over Japan ook eentje waarin Japan traditie met technologie mengt. Daarin zou een gemiddelde Japanner altijd emotieloos bezig zijn met de nieuwste technologische uitvindingen om bijvoorbeeld het dagelijkse leven makkelijker te maken. Een goed voorbeeld hiervan is Paro, het robot-zeehondje dat eenzaamheid voor ouderen moet tegengaan. Het is dus niet vreemd dat Japanners door hun strakke houding, hun emotieloos-lijkende uitdrukkingen en affiniteit voor technologie al snel geassocieerd worden met cyborgs, half-mensen/half-robots. Zeker Paro, die eigenlijk ter vervanging van menselijk en dierlijk contact is, doet een schepje bovenop dit stereotype.

techno-oriëntalismeTechnologie binnen het techno-oriëntalisme houdt niet op bij de nieuwste gadgets, maar ook anime, manga en de kawaii (schattigheids)cultuur worden hierin opgenomen. Dit heeft te maken met het feit dat wanneer er gesproken wordt over een extreem technologische wereld, zowel goed als slecht, dit voornamelijk getoond wordt in manga en anime. Zoals ik al eerder had gezegd zijn Astro Boy (1952) en bijvoorbeeld Ghost in the Shell (1995)hier een goed voorbeeld van.

Techno-oriëntalisme houdt echter niet op bij series die in Japan en door Japanners gemaakt worden. Onze Westerse popcultuur kan er ook behoorlijk wat van. Zo gaf ik in het eerdere artikel Avril Lavigne’s nieuwste clip als een recent voorbeeld. Hierin probeert Avril haar dank te betuigen aan al haar trouwe Japanse fans. Het is alleen jammer dat ze hierdoor een aantal open deuren in trapt wat betreft Japanse stereotypen zoals we die vinden in het (techno-) oriëntalisme. Hello Kitty? Check. Schattige decoraties zoals de cupcakerok? Check. Het eten van sushi? Check. Het speelt zich af in een moderne stad (waarschijnlijk Tokyo)? Check.

Het meest opvallende zijn echter de achtergronddanseressen van Avril. Nou ja, achtergronddanseressen? Het zijn meer emotieloze volgers die zich op een robot-achtige manier voortbewegen. Zo kan Avril het vakje van Japanners als emotieloze cyborgs ook aanvinken op haar lijstje.
Avril is trouwens niet de enige die deze open deuren weet in te trappen. In haar videoclip Princess of China (2012) weet Rihanna goed de Chinese en Japanse culturen door elkaar te mixen en, als ik me niet vergis, ook de Indische cultuur. De film The Fast and the Furious: Tokyo Drift (2006) speelt zich, vanwege de moderne setting, af in Tokyo. Gwen Stefani was er relatief vroeg bij met haar Harajuki Girls, Japanse achtergronddanseressen die bij veel van haar nummers zoals Hollaback Girl (2004) en Rich Girl (2004) niet alleen hebben gedanst, maar ook als decoratie van de Japanse popcultuur fungeerden. De film Blade Runner (1982) speelt zich af in Los Angeles, maar de setting is daarentegen geïnspireerd door het futuristische Tokyo. Dit is maar een greep van een popcultuur die zich laat inspireren door Japanse stereotypen.

Op Avril Lavigne’s clip Hello Kitty is redelijk negatief gereageerd. Zo noemen sommige het beeld dat ze van Japan opwekt racistisch. Dat gaat volgens mij echter iets te ver.

Zoals blijkt is ze zeker niet de enige die de deur van Japanse stereotypes heeft ingetrapt. En niemand, ook Avril niet, probeert opzettelijk de Japanse cultuur belachelijk te maken of slecht af te beelden. Sterker nog, er is zelfs blijk van bewondering, maar deze bewondering is gebaseerd op stereotypes. Als laatste vergeet men ook vaak nog dat men in Japan ook vaak gebruik maken van de Japanse stereotypes om zelf bekend te raken in het Westen. Dat is een onderwerp waar ik in een ander artikel op zal ingaan.

Dit bericht werd geplaatst in J-Pop en getagd , door Joleen Blom . Bookmark de permalink .

Over Joleen Blom

Dr. Joleen Blom is een postdoctoral researcher aan Tampere University in Finland. Ze haalde haar Ph.D. in Games aan de IT Universiteit in Kopenhagen waar ze een proefschrift schreef over dynamische game personages. Haar onderzoek richt zich op personages, games, en verwante media met een speciale focus op Japanese media en cultuur. Hiervoor studeerde ze Japanse Taal en Cultuur en Media & Performance Studies.

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *