Shunga: Vulgaire plaatjes of schone kunst?

Japanse prenten krijgen in de Westerse wereld tegenwoordig redelijk veel aandacht, maar het genre van de shunga (letterlijk ‘lenteplaatjes’) is voor sommigen toch nog moeilijk te verteren. In deze prenten worden vaak één of meerdere personen afgebeeld die seksuele handelingen verrichten, waardoor de connectie met pornografie voor sommigen snel gemaakt is. Met een grote shunga-tentoonstelling in het British Museum te Londen (16+) lijkt er echter een einde te komen aan het taboe rond de erotische prenten. Maar waarom zijn zulke op het eerste gezicht vulgaire afbeeldingen een plekje in een groot museum waard?

Om te beginnen zullen we (uiteraard) de geschiedenis van het genre in moeten duiken. De oudste shunga in de vorm van beschilderde boekrollen stammen uit de Heian-periode (794-1185). De meeste bekende shunga komen echter uit de Edo-periode (1603-1868). Gedurende deze periode probeerde het shogunaat meerdere malen om de productie van dit soort erotica te verbieden. Het idee dat de Japanners shunga pas als pervers begonnen te zien door Westerse invloed (zoals sommigen beweren) lijkt dus niet te kloppen. Maar zoals ook vandaag de dag nog het geval is konden velen de verleiding van deze verboden vrucht niet weerstaan. Een streng verbod bleek dan ook nooit voldoende en dus bleef de productie van shunga gestaag doorgaan.

Van de duizenden ontwerpen voor shunga die tijdens de Edo-periode werden uitgegeven is slechts een deel overgebleven. Van dit deel valt ook nog eens slechts een fractie te zien in musea. Het belangrijkste selectiecriterium lijkt daarbij de naam van de ontwerper te zijn. In tegenstelling tot Europa was erotica namelijk niet iets waar slechts derderangs tekenaars zich mee bezig hielden. Werken van beroemde ontwerpers als Katsushika Hokusai  en Kitagawa Utamaro behoren tot de tegenwoordig meest gewaardeerde shunga. Deels klopt dit natuurlijk met het beeld tijdens de Edo-periode toen deze ontwerpers tevens populariteit genoten, maar wellicht gaat het voorbij aan de daadwerkelijke functie van shunga toentertijd.

Recentelijk gaan er stemmen op die beweerden dat de prenten een rol speelden bij de seksuele voorlichting (wellicht in een poging het imago van shunga wat op te poetsen). Hoewel dat goed mogelijk is, was dit niet het voornaamste doel. Dergelijke prenten waren goedkoop en vooral gericht op mannelijke bezoekers van de plezierdistricten van Edo. Kortom: het waren vooral opwindende plaatjes, zoals de Playboy dat nu is (of in ieder geval probeert te zijn).

Dat dit soort prenten ook in Japan nog wat gevoelig ligt blijkt uit het feit dat het British Museum nog steeds geen groot Japans museum bereid heeft gevonden om de tentoonstelling over te nemen. Zelf heb ik ook mogen ervaren hoe krampachtig Japanners met dit onderwerp omgaan. In een college over shunga zorgden de prenten iedere week weer voor giechelende of beschaamd wegkijkende studenten terwijl de docent haar uiterste best deed om aan te tonen dat het hier toch echt om meer dan alleen wat schunnige plaatjes gaat. Of je ze nu als kunst ziet of niet, als onderdeel van de populaire cultuur geven ze ons op zijn minst de mogelijkheid om een beter beeld te vormen van de maatschappij tijdens de Edo-periode.

Geef een reactie

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *