Het is misschien nog moeilijk om het je voor te stellen tegenwoordig, maar er was ooit een tijd dat hip hop zo’n beetje het coolste was dat er bestond. Nog ver voordat Drake en Kanye West de zware beats inwisselden voor autotune en Kendrick Lamar de wereld in werd geroepen om het genre in leven te houden, waren het de grove teksten van Eminem, de strakke rijmschema’s van The Wu-Tang Clan en de rivaliteit tussen de twee grootheden Tupac Shakur en Notorious B.I.G. die een verse jongerencultuur in hun greep hielden. Ook in Japan was deze impact voelbaar. Zeebra, Dabo, Anarchy, het zijn slechts enkele namen van de vele rappers die Japan rijk is. Hip hop werd een gigantisch fenomeen in Japan.
Het werd zelfs zo populair dat Japanse jongeren de uiterlijke kenmerken van de Afrikaans-Amerikaanse rappers over begonnen te nemen. De blackface-Japanner werd een begrip. Deze yellow negro (de titel van een artikel hierover door Joe Wood) had niet alleen een donkerder gemaakte huid en een afrokapsel, maar ook losse kleding, sieraden, noem maar op. Dit fenomeen bracht felle kritiek op de Japanse hip-hopfans teweeg. Het zou niet authentiek zijn, een slechte imitatie van de V.S. De Japanse jongeren werden bestempeld met allerlei labels die mogelijk zouden verklaren waarom zij ‘zwart wilden zijn’. Misschien wel de merkwaardigste hiervan kwam van Nina Cornyetz in haar artikel Fetishized Blackness: Hip Hop and Racial Desire in Contemporary Japan.
De begeerte naar het donkere ras wordt door Cornyetz met drie woorden uitgelegd:
“black phallic empowerment”.
In andere woorden, het kompas dat naar het noorden wijst is bij de Afrikaans-Amerikaanse man van zodanige proportie dat het een reactie van verlangen uitlokt bij de bescheiden Japanse staatsburger. Alle serieuze academische bevindingen terzijde, de opkomst van hip hop in Japan is wel degelijk een interessant fenomeen om te bestuderen.
Deze interesse ligt misschien niet direct in de vraag ‘waarom willen Japanse Jongeren zwart zijn?’, maar wellicht wat meer in de vraag ‘wat betekent hip hop voor hen?’. Dit klinkt misschien erg breed, en dat is het ook, maar het is ook niet mijn doel om hier in krap duizend woorden een mooie conclusie over te trekken. Wat ik wel ga doen is aan de hand van voorbeelden van zowel enkele Amerikaanse als Japanse rapartiesten laten zien welke kracht het medium voor sommigen kan dragen.
In 1982 kwam de hit The Message van Grandmaster Flash and the Furious Five uit. Met de woorden “It’s like a jungle sometimes, it makes me wonder how I keep from goin’ under” werd in één zin de gruwelen van het leven in de achterstandwijken van New York geschetst. Drugsgebruik, misdaad en armoede was hier meer regel dan uitzondering. Hip hop fungeerde hier als een manier om dit te verwerken en te vergeten. De mixfeestjes van onder andere DJ Kool Herc en Afrika Bambaata verenigden rivaliserende bendeleden en vormden een bron van inspiratie voor toekomstige rappers, waaronder ook Grandmaster Flash. Van hieruit verspreidde de vibe zich naar de rest van Amerika.
Voor degenen die denken dat het idee van rap als een middel om je mannelijkheid (en daarmee de grootte van je penis) aan de wereld kenbaar te maken niet serieus te nemen zijn, hierbij enkele lyrics van grote hits door de jaren heen (waarschuwing: expliciete inhoud):
Sugar Hill Gang, Rapper’s Delight, 1979: The 2 Live Crew, Me So Horny, 1989: Ginuwine, Pony, 1996: 504 BOYZ, Wobble Wobble, 2000: Kanye West, Black Skinhead, 2013: |
Groepen als N.W.A. (Niggaz Wit Attitude) en Public Enemy gebruikten het om onrechtvaardigheid tegen zwarte burgers te bevechten. In het nummer Fuck Tha Police rapt Ice Cube van N.W.A.: “Fuck the police coming straight from the underground. / A young nigga got it bad cause I’m brown. / And not the other color so police think. / They have the authority to kill a minority.”
Helaas is geen enkel land probleemloos en ook in Japan was men zich bewust van de kracht die je met het genre over kon brengen. In Japanse rapnummers zal je problematiek vinden van afwijzing door de maatschappij, van de nasleep van de Tweede Wereldoorlog, van de ellendige leefomstandigheden in de achterbuurten van Mukaijima in Kyoto. In het nummer Street Dreams geeft rapper Zeebra kritiek op het gebrek aan individualiteit in de Japanse maatschappij. Als ambitieuze beginnende rapper probeerde hij een identiteit te creëren maar werd hierom alleen maar bekritiseerd. Nu hij succesvol is kijkt hij hier op terug en wrijft hij het de critici nogmaals in het gezicht wat hij allemaal bereikt heeft.
Natuurlijk is hip hop een enorm groot muziekgenre en het wil zeker niet zeggen dat in elk rapnummer een zware boodschap overgebracht wordt. Integendeel, in het grootste deel van de nummers wordt vaak vooral op pientere wijze met woorden en rijmen gespeeld. Hip hop is echter wel een genre waar men frustratie en kritiek kwijt kan. Bestuderen hoe dit te werk gaat in de praktijk kan verrassende resultaten opleveren. Hierbij is het wel belangrijk om er niet meteen algehele conclusies uit te trekken, want voor je het weet ga je nog geloven dat mensen bepaalde muziek luisteren in de hoop dat hun rampetamp er spontaan van zal gaan groeien.
In de onderstaande videoclip van het eerder besproken ‘Street Dreams’ zien we rapper Zeebra en zijn vrienden allemaal in een opvallend t-shirt bedrukt met de vlag van de rijzende zon. Ook in het nummer zelf benadrukt Zeebra trots te zijn op zijn Japanse identiteit. Hiermee gaat Zeebra in feite in op de eerder besproken kritiek op de uiting van hip hop in Japan, welke op een slappe imitatie van Amerikaanse hip hop gebaseerd zou zijn.
LVSJK Tanuki : Vereniging van studenten Japanse taal en cultuur aan de Universiteit Leiden