De ruzie tussen Japan en China om de Senkaku/Diaoyu-eilanden haalt veelvuldig het nieuws, maar is zeker niet het enige territoriale conflict waar Japan in verwikkeld is: in het noorden ruziet men met Rusland om de Koerilen en in het westen bestaat er onenigheid met Zuid-Korea over het eiland Tsushima. En dat is alleen wat er op dit moment speelt: de Japanse moderne geschiedenis loopt over van vergelijkbare voorbeelden. Eén van de meest schrijnende daarvan is Okinawa.
Nadat Japan in 1853 door de VS was gedwongen tot openstelling van de havens – het land handelde meer dan 200 jaar alleen met Nederlanders en Chinezen – was het voor de Japanners kiezen of delen: Japan kon net als China in limbo raken en volledig overlopen worden door de Westerse mogendheden, of rap moderniseren en een inhaalslag maken om zulke overheersing te voorkomen. Ze kozen voor het laatste.
De eerste decennia na de openstelling werden besteed aan de hervorming van het politieke systeem en het het opbouwen van industrie en infrastructuur. Toen dat eenmaal liep was het tijd voor de volgende stap: territoriale expansie. De nerveuze Japanners maakten immers van dichtbij mee hoe de Amerikanen, Fransen en Engelsen grote delen van Azië onder elkaar verdeelden alsof ze een taart in stukken sneden. Ze beschouwden kolonisatie daarom als een logische en veilige volgende stap op de weg naar een modern Japan.
Japan liet daarom zijn blik vallen op de Ryūkyū-eilanden, gelegen op ruim 1500 kilometer ten zuiden van Tokyo. Dit was ondanks de enorme afstand een logische keuze: Japan dreef al eeuwen handel met het onder Chinese invloed verkerende koninkrijk. Er was in 1872 niet veel machtsvertoon nodig om de koning ervan te overtuigen af te zien van de banden met het ernstig verzwakte China. In 1879 werd de koning afgezet, en werd het koninkrijk als prefectuur Okinawa – naar de naam van het grootste eiland – bij Japan gevoegd.
En dat ging bijna net zo gemakkelijk als het klinkt. Zoals de Japanse regering onlangs enkele van de Senkaku/Diaoyu-eilanden kocht, trok ze in de 19e eeuw een gebied bij Japan waar men – buiten de handel – niets mee te maken had. Het grote verschil: de Senkaku-Diaoyu-eilanden zijn onbewoond, terwijl de inwoners van Ryūkyū opeens Japanners waren.
Althans: op papier. Dat Okinawanen er in de praktijk eigenlijk niet bij hoorden werd al snel duidelijk: zij die naar de grote Japanse steden trokken voor werk of studie merkten al snel dat de Japanners van de hoofdeilanden weinig met hen te maken wilden hebben. De annexatie van Ryūkyū markeerde het begin van een buitengewoon moeizame relatie die haar absolute dieptepunt bereikte tijdens de Tweede Wereldoorlog – en met name daardoor tot op de dag van vandaag ook zeer moeizaam blijft.
In het volgende deel: de mislukte Japanse assimilatiepolitiek op Okinawa.
25 april 2013
Een duidelijk stuk, maar in 1853 was het echt niet een simpele kwestie van kiezen voor Japan; daar zijn namelijk nog flink wat conflicten bij komen kijken. Overigens bestaat er over Tsushima slechts onenigheid in mindere mate; het is vooral Takeshima/Dokdo dat zich tot een territoriaal dispuut heeft ontpopt.
Dank voor je reactie!
Over de Bakumatsu-periode zou je inderdaad veel meer kunnen en eigenlijk ook moeten zeggen, maar omdat deze serie vooral over Okinawa gaat heb ik ervoor gekozen de boel flink te versimpelen: maar wat neem je mee en wat neem je niet mee als je de modernisering van Japan in een paar zinnen moet samenvatten?
Veel van de conflicten in die 15 jaar waren in principe tussen voor- en tegenstanders van openstelling en modernisering. Inmenging van buitenlandse mogendheden deed de Japanners uiteindelijk realiseren dat er geen andere keuze was dan te moderniseren.