Japanse spreekwoorden

Nog nooit zijn er zoveel manieren geweest om een beeld van een land en een cultuur te krijgen. Wie op Google naar “Japanse cultuur” zoekt, wordt overspoeld door talloze “definitieve” gidsen over het land. Ook vinden, dankzij het internet, Japanse series en televisie hun weg naar een publiek buiten het land. De Japanse keuken staat inmiddels wereldwijd op het menu en velen beoefenen vechtsporten als judo en karate. Het karakter van een land komt echter ook terug in iets dat al langer dan het internet bestaat; het spreekwoord. Veel spreekwoorden gaan honderden jaren terug, zodat ze zeker wat zeggen over de volksaard.

Japan staat bekend om zijn lange werkdagen en toegewijde werknemers. Zeker in traditionele bedrijven is het niet uitzonderlijk om werkweken van meer dan 60 uur te maken. Een spreekwoord dat dit goed uitdrukt is “Ku wa, raku no tane”. Het betekent letterlijk dat “ontbering de kiem is voor geluk”. Het wil zeggen dat het werk soms grote inspanning vergt. Maar als je de taken eenmaal afgerond hebt, breken gelukkiger tijden aan.

Hoewel Japan bekend staat om zijn beleefde en precieze omgangsnormen, bestaan er uiteraard ook meer vulgaire spreekwoorden. “He wo hitte, shiri tsubome” betekent dat het niet veel zin heeft om je billen bij elkaar te knijpen na het laten van een wind. Als het onheil is geschied, heeft het weinig zin om te doen alsof er niets aan de hand is. Zeker in de Japanse maatschappij, waarin sociaal decorum nog een grote rol speelt, is dit spreekwoord erg belangrijk.

Een spreekwoord waaruit het van oorsprong sterk hiërarchische karakter van de Japanse maatschappij blijkt, is “saru ni eboshi”. Het betekent dat “de aap een hoed op zet”. Het verwijst naar een persoon van laag statuur, die zich ten onrechte voordoet als iemand met een veel hogere status. De “eboshi” is namelijk een hoed die alleen door hoge adel gedragen werd. De betekenis is enigszins te vergelijken met het Nederlandse spreekwoord “Wie voor een dubbeltje geboren is, wordt nooit een kwartje”.

Japanners staan in het Westen vaak bekend als mensen die altijd beleefd glimlachen, en zelden hardop zeggen wat ze denken. Natuurlijk uiten zij ook af en toe hun onvrede, maar in de meeste gevallen houden Japanners hun gevoelens binnen. Een spreekwoord dat dit uitdrukt, is “iwanu ga hana”, letterlijk “niet zeggen is een bloem”. Het komt aardig overeen met het Nederlandse “zwijgen is goud”. Ook al ben je het ergens niet mee eens, het is belangrijker om tactvol te zijn.

Bovenstaande spreekwoorden zijn afkomstig uit de “Kotowaza shinjiten”, uitgegeven in 2005 door Takahashi Shōten.

Geef een reactie

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *