Is het een kast? Is het een trap? Het is een kaidandansu!

Liefhebbers van hedendaagse caravans, campers en kajuiten van zeilboten delen een passie met de early adopters van tiny houses: zij genieten van het zo optimaal en efficiënt mogelijk benutten van schaarse ruimte. Ruim honderd jaar geleden ging men in Japan deze noeste opruimers al voor met de kaidandansu: de vernuftige kast-trapcombinatie.

De functie van de trap is het verlenen van toegang tot de boven- (of onder-) liggende verdieping van een gebouw. Maar we zien in menig huis ook dat de traptreden gebruikt worden als tijdelijke opslag. De opgevouwen was die op enig moment naar boven moet ligt op de treden, samen met schoenen, sleutelbossen of aankopen die op de slaapverdieping een definitieve plek gaan krijgen. Onder de trap is het vaak niet anders: die onhandige nutteloze (drie) hoek waar je niet goed kan staan is een verzamelplaats voor weer en meer schoenen, wellicht een kattenbak, kinderspeelgoed, de dassen en handschoenen die in de zomermaanden niet gebruikt worden. Leeg onder de trap komt niet zo veel voor, óf je moet over een grote hal beschikken, óf geordend in elkaar zitten.  

We beschrijven hier de recentere trapconstructies met open treden, huizen uit de dertiger jaren van de vorige eeuw beschikken doorgaans over een afgeschotte en in de muur geankerde trap waaronder het toilet of de toegang tot de kelder te vinden zijn. Wie een spiralende trap heeft hoeft niet verder te lezen, efficiënter gebruik van de ruimte kan niet. Wie echter de ruimte onder de open schuine trap wil benutten en tegelijkertijd een opgeruimde indruk wil maken kan zijn of haar licht opsteken bij de Japanners van de Edo-periode. Hedendaagse tiny housers en wooninrichters zijn met name door hen op het idee gebracht om de functie van de trap te combineren met die van opslag.

Kaidan (階段) is het Japanse woord voor trap. Een Tansu (箪笥) is een traditionele opbergkast. Zoals overal ter wereld voortgekomen uit een kist, bedoeld voor bijvoorbeeld het opslaan van voedingsproducten, die droog en donker bewaard moesten worden en waar de muizen (of erger) niet bij konden. Of voor het opslaan van brandhout, keukengerei, en in Japan uiteindelijk bijvoorbeeld ook futon, dekbedden en kimono’s. Al rond 1700 zien we de tansu opgetekend en afgebeeld. De twee karakters tan en su laten elk de bamboeradicaal bovenaan zien, waarschijnlijk werd er dus van oorsprong geen hout gebruikt voor deze kist/kast. Japan hecht van oudsher aan een minimaal en flexibel ingerichte ruimte, zo weten we. Waar wij al eeuwen graag onze dressoirs en toogkasten een prominente plek geven in de kamer, keuken of slaapkamer, zijn de tansu op mobiel gebruik vervaardigd, door middel van een set wielen of handgrepen. De tansu – hoe mooi ook gebouwd – werd niet per se tentoongesteld maar eerder bewaard in de Kura, het pakhuis naast het veelal houten huis of bedrijf. Deze Kura werden brandveiliger en meer klimaatonafhankelijk gebouwd met dikke lemen muren en kleine ramen, hetgeen weleens een uiterst praktische reden zou kunnen zijn voor de jaloersmakende Japanse esthetiek van de lege ruimte.      

Voor tal van functies zijn even zoveel soorten tansu ontwikkeld. Zo is er de Isho-tansu voor het opbergen van kimono’s, de katana-tansu voor de zwaarden, de choba-tansu voor het opbergen van de administratieve boekhouding, de funa-tansu als scheepskist en uiteraard de cha-tansu om alle benodigdheden voor de theeceremonie in te bewaren. Elk van deze tansu heeft een eigen maatvoering, specifieke houtsoortgebruik en vormgeving. Antiekliefhebbers weten ze feilloos van elkaar te onderscheiden. Leken kunnen in elk geval onmiddellijk de meest opvallende in de reeks benoemen: de kaidandansu.

Kaidandansu

kaidandansu
Kaidan-dansu, Meiji periode (1868-1912) 1,70 cm x 206 cm

Kaidandansu zijn houten kasten die door hun vormgeving ook fungeren als trap. De tansu levert in dit samengestelde woord een t in ten gunste van de d, zoals wij de eerste k van zakdoek ook inleveren voor een dubbele d. Ze worden ook wel aangeduid als Hako Kaidan, kist-ladders. Ze werden met name veel gebruikt in de Kyo-Machiya, de koopmanshuizen in Kyoto.

Dit zijn opbergmeubels uit één stuk, met laden en schuifdeuren en in principe ook nog steeds verplaatsbaar. In de praktijk werd dat niet gedaan, ze waren beslist te zwaar en boden toegang tot het luik dat naar de bovenverdieping leidt. Traditionele Japanse huizen benutten destijds de bovenverdieping niet zo intensief als wij in het westen. De schuinte van de daken is anders en de ruimte diende voornamelijk als buffer tegen de verzengende zomerzon of de winterkou. Boeren in het noorden van hoofdeiland Honshu wilden wel hun zijderupsen daar laten overwinteren en verder was het daarboven vooral bedoeld als opslag voor gereedschap of gedroogd fruit. Slapen en leven doet men op de begane grond, op het platteland volstond een ladder prima. Dat werd uiteindelijk een steile trap, met volwaardige treden en later ook een dichte beplankte achterkant. Ook in Japan vond men een open trap niet per se fijn. Er valt al snel van alles doorheen en het geeft zeker als de voeten blijven haken een onveilig gevoel. Omdat de bovenverdieping minder geschikt of nodig was voor het goed opbergen van gevoelige spullen, werd de kaidandansu ontwikkeld. Prioriteit heeft de opslagmogelijkheid op de begane grond, maar de bovenverdieping kón er dus ook mee bereikt worden. Huizen in Japan hebben over het algemeen, toen en nu nog steeds, een vrij korte doorlooptijd, maar de trapkasten zijn gebouwd voor de eeuwigheid. Die verhuizen mee met de bewoners.

De afgelopen decennia vonden de vaak rode Chinese bruidskasten hun weg in menig huiskamer in Nederland. Fraaie symmetrische hoge smalle of brede kasten met het typerende volle maanbeslag en intrigerend metalen hang- en sluitwerk. De Japanse kaidandansu is eveneens een lust voor het oog, van minstens gelijke zo niet betere kwaliteit hout als kastanje, zelkova, ceder en cipres en met ongelooflijk vernuft en vakmanschap gebouwd. De asymmetrische vorm is er wellicht debet aan dat deze exoten minder vaak in onze woonkamers hier worden aangetroffen.

Vergeten zijn ze echter allerminst. In Japan, maar ook in het westen zijn oude authentieke kaidandansu zeer in trek bij verzamelaars. Ze zijn onverwoestbaar geconstrueerd met hoge kwaliteit houtsoorten en hebben ondanks de trapfunctie weinig slijtplekken. Wat daarbij helpt is dat ze betreden werden op kousenvoeten. Ongerechtigheden, modder, teer van het strand, souvenirs van de hond van de buren worden al bij de voordeur “getekkeld” door de schoenen uit te trekken in de genkan.

Momenteel inspireren de kaidandansu de liefhebbers van tiny housing. Ingegeven door ruimtegebrek, welbewuste duurzaamheidsoverwegingen of een compulsieve drang tot opruimen wordt volop geëxperimenteerd met wonen op de vierkante centimeter. Wie al vrolijk werd van de optimale opbergmogelijkheden in de camper of de kajuit, de vloerluiken en achterbak van de auto kan dat van harte implementeren in de woning. De “loft” in het tiny house, meestal de vliering boven badkamer en toilet is bereikbaar ofwel via een ladder of via hedendaagse varianten van de kaidandansu. Zo ontstaat toch de mogelijkheid om ondanks de piepkleine ruimte een aantal boeken te behouden of keukengerei op te bergen.

Meer informatie

Hakokaidan or Kaidan-dansu / Karel Bos, 2012
The Kaidan Dansu, a Stairway in Historical Shadow, David Jackson, 2007
De geschiedenis en het ontstaan van de kaidandansu

Van hier tot Tokio Japanese Antiques – furniture. Prinsengracht 262 Amsterdam
Oog in oog kennismaken met juwelen van kasten in Amsterdam

Rafuku.jp Een Japanse winkel/website die een etalage biedt van goed bewaard gebleven kaidansu en tips geeft hoe je de tansu het beste in je eigen huiskamer / woning kunt plaatsen

The Tansu Stair Project / Dan Mosheim – Dorset UK, 2009
Proces van bouw van een kaidandansu

Build a tansu chest : Spice up a room with a piece of Japanese furniture / Cathy Dalrymple, Canadian Homeworkshop, 2014 – Gedetailleerde werkbeschrijving en bouwtekening voor een op de kaidandansu geïnspireerde trapkast

Dit bericht werd geplaatst in Traditionele ambachten, Wonen en Huisvesting en getagd , , door Cees Omes . Bookmark de permalink .

Over Cees Omes

Onderwijskundig adviseur/programmeur, docent en trotse vader van drie zonen die volledig "into Japan" zijn. Twee daarvan hebben in Leiden de studierichting Talen en Culturen van Japan afgerond, de derde is een Anime-Otaku. Naast Cool Japan en eeuwenoude culturele tradities beschouwt hij vooral Sociaal Japan. Cees verwondert zich over de sociale cohesie en oplossingen die Japan kiest voor vraagstukken wanneer mensen met elkaar omgaan. Op straat, in het gezin, het onderwijs en in de zorg.

Geef een reactie

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *