Arukou, arukou: naar Ghibli Park

Eens in de zoveel tijd haalt Hayao Miyazaki, meestal tegen wil en dank, weer eens de krantenkoppen. Soms met een update over zijn laatste animatiefilm, dan weer met een (botte) uitspraak over de staat van Japan en/of de wereld. Dat is, in elk geval deels, een façade: zijn films lopen over van hoop en ideeën voor de toekomst. Als hij het echt zo somber inzag, zou hij later dit jaar ook echt niet Ghibli Park laten openen.

Vaste lezers weten over wie we het hebben, maar voor wie nieuw is, een spoedcursus Miyazaki: hij regisseerde in ruim 40 jaar 11 animatiefilms en werd daarmee wereldberoemd. De Japanse animatie-scene kent meer dan één meester, maar Miyazaki staat, in elk geval volgens ons, eenzaam aan de top. Waarom? Dat blijkt lastig uitleggen – eigenlijk moet je zijn films zien om het te snappen. Al waagden verschillende documentairemakers en schrijvers pogingen. En ook al zijn die stuk voor stuk meer dan geslaagd, het blijft alsnog lastig om een vinger achter de reden van Miyazaki’s succes te krijgen. Misschien is dat ook wel beter zo.

Zeker is in elk geval dat Miyazaki werelden schept waarin je je wil begeven. En dat kan ook, al ruim 20 jaar zelfs: in Mitaka, Tokyo, is sinds 2001 het Ghibli Museum gevestigd. Het museum draait meer om beleving, dan om de tentoonstelling van het tekenwerk van Miyazaki en andere Ghibli-regisseurs. Het gebouw combineert Franse, Duitse, Engelse en Italiaanse elementen, tot de unieke Europees-fantastische wereld waarin Miyazaki de meeste van zijn films situeert. Het museum is zowel artistiek als commercieel een klinkend succes, de tickets zijn niet aan te slepen. Een cynicus zal opmerken dat die rinkelende kassa dan ook wel de reden zal zijn geweest om dat kunstje te herhalen in het Ghibli Park – maar dan kent die cynicus Hayao Miyazaki nog niet.

Meer Open Lucht Museum dan Efteling

Iedereen die weleens een themapark bezocht, weet hoe goed het kan werken, mits goed aangepakt. Al tijdens de wachtrij word je met muziek en slimme aankleding de fantasiewereld ingetrokken, waarna een dolle achtbaan- of bootrit door datzelfde universum volgt. Disney verfijnt de formule al decennia, in Nederland is de Efteling er de absolute kampioen in. Het lag daarom voor de hand dat Studio Ghibli met Ghibli Park hetzelfde zou doen: hun films zitten vol beweging, en lenen zich daarmee uitstekend voor achtbanen of ‘dark rides’.

Niets blijkt echter minder waar. Bezoekers van het Ghibli Park krijgen namelijk het advies om ‘een wandeling te maken, de wind te voelen en de wonderen te ontdekken.’ Met andere woorden: vergeet die wilde rit op de rug van Totoro, Haku of Howl maar. Het is misschien een kleine teleurstelling, maar ook weer niet echt een verrassing. De films van Miyazaki onderscheiden zich óók door bewust ingepaste rustmomenten. En dan sluit deze aanpak ook nog eens naadloos aan bij de belofte van het Ghibli Museum: ‘Laten we samen verloren lopen.’ Ghibli Park wordt, in het verlengde daarvan, eerder een Open Lucht Museum dan een Efteling.

How do you live?

Op zich is 11 films in 40 jaar geen enorm gemiddelde, ware het niet dat Miyazaki, hoogstpersoonlijk en handmatig, iedere tekening controleert. Naar verluidt is dat ook bij zijn twaalfde film, Kimitachi wa dou ikiruka (‘How do you live’) weer het geval: de film ging in 2017 in productie, maar in 2020 waren pas 36 van de beoogde 125 minuten voltooid. De COVID-pandemie heeft het tekentempo wel verhoogd – vanuit huis krijgen de 60 animatoren meer gedaan – maar alsnog durft niemand een officiële releasedatum te prikken.

Zo gaat het eruit zien

Ghibli Park wordt gebouwd in de prefectuur Aichi, vlakbij Nagoya, de vierde stad van Japan, voor binnen- en buitenlandse toeristen handig gelegen op het traject van de Tokaido-shinkansen tussen Tokyo en Osaka. In 2005 vond in Aichi Commemorative Park de wereldtentoonstelling plaats, en hielp Ghibli bij de bouw van een replica van het huis van Satsuki en Mei, uit My Neighbour Totoro. Er is meer dan voldoende ruimte, wat een belangrijke voorwaarde is voor milieubeschermer Miyazaki: er mocht geen struik of boom worden verplaatst.

Mondjesmaat komen er concepttekeningen en foto’s van het park naar buiten, dat een gebied van 200 hectare zal beslaan. Dat is fors, maar er worden dan ook vijf gebieden opgetuigd:

Springtime of Life‘, geïnspireerd door de Victoriaanse steden uit Howl’s Moving Castle en Whisper of the Heart;
Dondoko Forest’, gemodelleerd naar het bos uit My Neighbour Totoro;
Ghibli large warehouse’, oftewel, het stadje rondom het badhuis uit Spirited Away;
Mononoke Village’, het dorp van Ashitaka, dat we kennen uit Princess Mononoke;
en ‘Witches Valley’, ter ere van Kiki’s Delivery Service en (opnieuw) Howl

Arukou, arukou: laten we gaan wandelen

Zoals het themanummer van My Neighbour Totoro begint: arukou – laten we gaan wandelen!
Japan is echter op het moment van schrijven helaas nog gesloten voor toeristen. Al komt er langzaam verandering in: studenten en arbeidskrachten krijgen inmiddels weer een visum. De toekomst blijft lastig te voorspellen, en Japan houdt een flinke slag om de arm wat betreft verdere versoepelingen, maar met een beetje geluk is Japan tegen het najaar weer toegankelijk. Dat treft: precies op tijd voor de opening van het Ghibli Park, op 1 november 2022.

Where do you live?

Het Ghibli Park is straks te vinden in de buurt van Nagoya, in prefectuur Aichi, tussen Osaka en Tokyo. Voor bereikbaarheid en openingstijden verwijzen we graag naar de officiële website.

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *