2013: het jaar van Abenomics

Als ik denk aan het nieuws uit Japan dat in 2013 het meest besproken werd, komen uiteraard de verschillende conflicten met China omtrent omstreden grondgebied als eerste in me op. Wat de media misschien nog wel vaker bespraken, was het nieuwe economische beleid dat de Japanse regering sinds december 2012 voerde onder leiding van premier Shinzo Abe. Na twee decennia van economische stagnatie ondernam Abe een nieuwe poging om de Japanse economie te revitaliseren. Zijn beleid staat bekend onder de noemer ‘Abenomics’. Wat houdt dit economische beleid precies in, en wat heeft het Japan in 2013 op economisch vlak gebracht? Een kleine samenvatting!

Vanaf 1950 tot 1990 zagen westerse media en politici Japan als een economisch mirakel. Japan herrees uit de as van de Tweede Wereldoorlog en werd één van de belangrijkste economische grootmachten ter wereld. Begin jaren ’90 stagneerde de Japanse economie echter, en groeide de economie twee decennia lang langzaam of niet. Dit stond in sterk contrast met de eerdere drie decennia van snelle groei. Media en politiek schetsten een beeld van Japan als een land dat tot een halt geroepen was. In Japan en daarbuiten wordt de periode van 1991 tot 2001 daarom beschreven als het ‘Verloren Decennium’. De impact van deze stagnatie op het dagelijkse leven van de Japanners was niet zo extreem, maar het idee van een land in stilstand is tot de dag van vandaag blijven hangen.

Het economische beleid van de huidige premier van Japan, Shinzo Abe, is erop gericht om Japan uit deze stilstand te halen. De Japanse regering lanceerde dit beleid onder de noemer ‘Abenomics’, een samentrekking van de naam van de premier en het Engelse woord economics. Abenomics omvat drie peilers die de Japanse economie weer nieuw leven in moeten blazen, te weten:

  1. Fiscale stimulans: de regering investeert overheidsgeld in publieke werken en infrastructuur, en belooft fiscale tegemoetkoming aan bedrijven die investeren in onderzoek en nieuwe machines. Deze peiler zou Japanse bedrijven moeten stimuleren om meer te gaan investeren, de salarissen omhoog te gooien, en nieuwe mensen aan te nemen.
  2. Kwantitatieve geldversoepeling: de Bank van Japan houdt de rentepercentages laag, stimuleert het lenen van geld en  koopt overheidsobligaties. Hiermee probeert de Bank de prijzen van producten in Japan te laten stijgen, zodat de Japanse bevolking minder zal gaan sparen. Ook zorgt dit monetair beleid ervoor dat de waarde van de yen in het buitenland omlaag gaat, zodat Japanse producten in het buitenland goedkoper worden.
  3. Structurele hervormingen van de Japanse economie: de Japanse regering wil privé-investeringen stimuleren, vrouwen aanmoedigen om meer te gaan werken, en de markten dereguleren. Hiermee probeert ze te bereiken dat Japan in de toekomst een competitief en groeiend land blijft.

De regering heeft de eerste twee peilers al begin 2013 geïmplementeerd, en dit heeft vorig jaar al tot positieve resultaten geleid. De prijzen voor consumentenproducten zijn sterk omhoog gegaan, na jaren van dalende prijzen. Ook de yen, die sinds 2007 een erge hoge waarde had in vergelijking met andere valuta, is extreem in waarde gedaald, bijvoorbeeld met 20% ten opzichte van de Amerikaanse dollar. Ook geven bedrijven meer geld uit aan nieuwe machines en is het percentage aan werklozen in Japan gedaald, van gemiddeld 4,3% in 2012 naar 4% in 2013. Abenomics lijkt dus zijn vruchten af te werpen.

Wat waren de effecten van Abenomics? Negatieve kanten en kanttekeningen

Er zijn echter ook kanttekeningen te plaatsen. Hoewel de Japanse regering er traditioneel naar streefde om geen handelstekort te hebben, is 2013 het derde jaar op rij dat Japan toch een handelstekort heeft. Dit komt doordat de Japanse regering sinds de tsunami en de nucleaire ramp in Fukushima veel kerncentrales heeft moeten sluiten, die tot dan toe 1/3e van de energievoorraad van Japan verstrekten. Nu is de Japanse regering afhankelijk van import uit het buitenland. Omdat de Yen in 2013 zo sterk in waarde is gedaald, zijn deze energie-importen extra duur geworden voor de Japanse regering. Het handelstekort is daarom in 2013 met 65% gestegen ten opzicht van het tekort in 2012.

Ook is de derde en belangrijkste peiler van Abenomics nog niet echt aan bod gekomen in het beleid van Shinzo Abe. Deze peiler moet de Japanse economie structureel veranderen voor de uitdagingen van de toekomst. De eerste en tweede peiler zijn voornamelijk maatregelen op de korte termijn, die Japan moeten voorbereiden voor de veranderingen die onder de derde peiler vallen. Het is dus te vroeg om victorie te kraaien. Maar als Shinzo Abe zich er dit jaar toe zet om de omstreden keuzes te maken die de derde peiler met zich meebrengt, dan is Japan economisch weer op de goede weg.

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *