De Yamanote-lijn, halte 18 – Yoyogi

Dat Tokyo niet één stad is, maar eigenlijk een agglomeratie van losse steden, wordt weer duidelijk wanneer je op station Shinjuku de trein in zuidelijke richting neemt: na de wolkenkrabbers en neonlichten is er plots het lommerrijke Yoyogi, de volgende halte op de Yamanote-lijn.

18-yoyogiZoveel bekende bedrijven en winkels als er in het grootsteedse Shinjuku te vinden zijn, zo weinig zie je er in Yoyogi. De wijk is dan wel onderdeel van het befaamde hippe stadsdeel Shibuya, maar het veel meer tot de verbeelding sprekende Harajuku is slechts één halte verder. Wie zich in voorbereiding op een reis naar Japan online inleest over Yoyogi, zal dan ook in negen van de tien gevallen must-see’s in Harajuku en/of Shibuya krijgen aangeraden. Dat is jammer, want in Yoyogi is het namelijk evenzeer goed toeven.

Yoyogi werd vanwege de strategische ligging in het westen in de middeleeuwen gebruikt om soldaten te legeren. In de Edo-periode (1603-1868) werd het gebied door het groeiende Edo (de toenmalige naam van Tokyo) opgeslokt, maar vanwege de slechte grond wilden weinig mensen zich er vestigen. Daardoor bleef het gebied dunner bevolkt dan de rest van de hoofdstad, wat het ten tijde van de Meiji-periode (1868-1912) een geschikte plek maakte voor bouw van onder meer de Meiji-tempel (die overigens het best te bereiken is vanaf station Harajuku). Tijdens de geallieerde bezetting van Japan (1945-1952) kozen de Amerikanen, vermoedelijk zonder benul van de militaire geschiedenis van het gebied, Yoyogi heel toepasselijk als hoofdkwartier voor de bezettingsmacht. Toen zij eenmaal vertrokken waren bleef Yoyogi grotendeels zoals het er vandaag de dag nog bij ligt: één van de grootste parken in Tokyo.

YoyogiYoyogi park, dat in 1967 als zodanig werd geopend, werd wereldberoemd door de rockabilly-dansers. De vetkuiven, leren jassen met schedels en puntige schoenen zijn nog steeds niet alledaags te noemen, maar vielen in 1955 natuurlijk helemaal op. In dat jaar kwam Rock Around the Clock van Bill Haley uit in Japan, waar veel jongeren – net als in de rest van de wereld – niet wisten wat ze overkwam. Zoals in Nederland de nozems elkaar buiten opzochten, deden ook de Japanse rockabilly’s dat, zeker toen de muziekstijl in de jaren 70 een revival doormaakte in Japan. Ruim 50 jaar later komt de Tokyo Rockabilly Club nog elke zondag in Yoyogi-park bij elkaar. Dat is sowieso de dag bij uitstek om het park te bezoeken: in navolging van de rockabilly’s vonden ook aanhangers van andere muziekstromingen hun weg naar het park, net als onder meer standup-komieken, vechtsporters, jongleurs en cosplayers die de rockabilly’s meestal qua extravagantie de loef afsteken.

Vooral vanwege de overvloed aan ruimte is Yoyogi ook zeer populair onder organisatoren van internationale evenementen, zoals bijvoorbeeld de Olympische Spelen. In 1964 werd het park aangewezen als verblijfplaats voor de sporters – niet in de laatste plaats omdat de Amerikanen de barakken uit de tijd van de bezetting er hadden laten staan. Een likje verf, en ze konden zo hergebruikt worden. Tegenwoordig staat er nog maar één barak overeind – toevallig die van het Nederlandse team. Wie wil zien waar Anton Geesink zich voorbereidde op zijn historische judo-medaille, is in Yoyogi op de goede plek.

Daarnaast werd in Yoyogi tussen 1961 en 1964 het Yoyogi National Gymnasium opgetrokken. Deze sporthal, ontworpen door de wereldberoemde architect Kenzo Tange, oogt 53 jaar na de zomerspelen van Tokyo nog steeds modern. In 1964 werd er gezwommen, gedoken en gebasketbald. Sindsdien is de hal ook vaak gebruikt als concertzaal, maar gesport wordt er nog steeds: er worden veel ijshockey- en zaalvoetbalwedstrijden afgewerkt. Wanneer de Olympische Spelen in 2020 terugkeren naar Japan zal het Yoyogi National Gymnasium opnieuw dienstdoen; dit keer als handbalzaal.

Voor bijzondere winkels en grootse avonturen hoef je in Yoyogi niet uit te stappen: ga dan vooral naar Shinjuku, Harajuku of Shibuya. Yoyogi biedt juist het beetje rust en de ruimte waaraan het in een groot deel van Tokyo ontbreekt. Zeker in de hete zomers, wanneer de airco’s hete lucht uit de gebouwen zuigen en op de straten spugen en de zon het asfalt bijna vloeibaar maakt, is het heerlijk om je uit te strekken onder de bomen in het wijdse park, waar de wind nog wat speling heeft. Plan dat bij voorkeur op een zondag – je kijkt je ogen uit!

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *