Roken in Japan: je moet je schamen!

Wie nu werkelijk wil stoppen met roken, maakt met een reis naar Japan een gerede kans. Een duur grapje, maar uiterst effectief. Roken in de Japanse openbare ruimte is not done. Je moet je schamen. 

In grote steden als Tokyo en Kyoto mag je niet roken in de trein en hotels, maar ook buiten op straat roken is aan strikte regels gebonden. Roken wordt niet toegestaan en daar word je voor gewaarschuwd met aanwijzingen op stickers, borden en de trottoirtegels. Toch doen levert je een forse boete op en – misschien nog effectiever – het misprijzen van de voorbijgangers of aanwonenden. Je moet je schamen.

Roken doe je op daarvoor aangewezen plekken. Dat zijn er niet zo veel en ze liggen nooit aan de hoofdstraat. Je moet ze zoeken. De rookruimtes zijn in de grote stad vaak glazen cabines van circa tien bij vijf meter met getint glas. Rookglas in jargon. Er zit geen dak of afzuiging op, de rook kringelt gewoon omhoog. Er staat een asbak op een rookpaal (schandpaal) en er hangen borden met de rookregels en antirookcampagnes. Je moet je schamen.

Traditionele rookplekken voor rokers zijn ook de stoepen voor de konbini (24-uurs gemakswinkels als Lawson, 7-11 en Family Mart). Toch worden ook hier de asbakken buiten meer en meer weggehaald. Je moet je schamen.

In Osaka, een wellicht wat liberalere stad dan bijvoorbeeld Tokyo en Kyoto, vinden we in de uitgaans- en winkelwijken Dotombori en Namba nog volop peukjes in de goot. Toch wordt de sigaret daar vooral in het donker opgestoken. In de winter is dat al om half vijf, tot die tijd moet je je schamen.

Ook in de grote warenhuizen of kantoorkrabbers zijn speciale rookkamers ingericht. Bedompt, veelal donkerbruin en met een loeiende afzuiger. (Grappig genoeg ook wel eens met een vitrine over de geschiedenis van het roken, courtesy of Japan Tobacco.) Voor het behoeftig personeel en de geachte rokende klant, maar vooral ook om er voor te zorgen dat er niet op straat aan de sigaret wordt getrokken. Een rokende menigte bij de ingang van een warenhuis, ziekenhuis of instelling, schrikt af.

Japan rookt dus niet?

Jawel hoor. En flink ook, Japan staat op nummer 17 van de wereldranglijst van het aantal sigaretten per volwassene per jaar. Ter vergelijking, Nederland neemt plaats 66 in en België staat op 31. Een kwart van de bevolking van Japan rookt. Met name in de traditionelere izakaya en restaurants wordt nog volop en zwaar gerookt. Je hebt een mes nodig om je een weg naar je tafeltje te snijden. Terwijl jij zit te eten, steekt het gezelschap aan de omringende tafeltjes naast je gerust de sigaretten op. De geur doet met enige weemoed denken aan de jaren 70 en 80 in Nederland, toen leerkrachten voor de klas en nieuwslezers en talkshowhosts op televisie nog tevreden rokers waren en geen onruststokers.

In Japan rookt men voornamelijk sigaretten, sigaren of pijp schenken geen genot. Voorstelbaar, omdat de eerste in het jachtig bestaan snel geconsumeerd kan worden, terwijl de laatste twee met meer aandacht genoten moeten worden. Opvallend in het Japanse rookhokjesbeeld zijn tegenwoordig de vapers in allerlei vormen en gedaanten. Met name Chinese en Koreaanse toeristen bedienen zich van deze elektronische sigaretten. Tabacconisten zijn er nauwelijks, je betrekt je sigaretten uit de automaat of jidohanbaiki. Daarbij moet je over een tabakspaspoort beschikken dat aangeeft dat je oud genoeg bent om er een op te steken. Deze pas is een smartcard en heet taspo: een fraai klinkende  samenstelling van tabako no pasupōto (たばこのパスポート). Je kunt je taspo aanvragen zodra je twintig bent. Toeristen beschikken niet over een taspo, en hebben het dan ook wat lastiger om aan hun gerief te komen.

Tot 1985 was de tabaksindustrie in handen van overheidsbedrijf Japan Tobacco. Ook nu nog heeft de overheid een derde van de aandelen van Japan Tobacco in handen. De verkoop van tabak levert het kabinet veel geld op en met een derde van de aandelen in de eigen hand hoeft de  accijns op rookwaren is niet zo hoog te zijn als bijvoorbeeld in Nederland. Een pakje sigaretten kost in Japan rond de 300 yen: ongeveer 1,80 euro.

Japan rookt dus wel, maar niet op straat. De antirooklobby grijpt de Olympische Spelen van 2020 in Tokyo aan om het roken in de publieke ruimte nog verder in te perken en liefst overal te verbieden. De overheid heeft echter een eigen inkomstenbelang en steunt vooralsnog deze lobby niet van harte. Het zijn dan ook eerder de burgers zelf die bij de roker het schaamtegevoel aanwakkeren. In Nederland is een rookhok buiten het restaurant vaak de gezelligste plek van het etablissement. In Japan is de rookcabine gevuld met zwijgende zuigers die elkaar niet aankijken en geen contact maken. Je moet je schamen. En dat doen ze/we.

Dit bericht werd geplaatst in Sociaal Japan, Waarden en normen, Zorg en welzijn door Cees Omes . Bookmark de permalink .

Over Cees Omes

Onderwijskundig adviseur/programmeur, docent en trotse vader van drie zonen die volledig "into Japan" zijn. Twee daarvan hebben in Leiden de studierichting Talen en Culturen van Japan afgerond, de derde is een Anime-Otaku. Naast Cool Japan en eeuwenoude culturele tradities beschouwt hij vooral Sociaal Japan. Cees verwondert zich over de sociale cohesie en oplossingen die Japan kiest voor vraagstukken wanneer mensen met elkaar omgaan. Op straat, in het gezin, het onderwijs en in de zorg.

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *