Japan Railways versus Nederlandse Spoorwegen: 7-1

Altijd een dubbel gevoel, terugkomen in Nederland na een reis in den vreemde. Weemoed omdat het voorbij is, maar ook geruststelling omdat alles weer bekend en vertrouwd is in het eigen land. Je telt de zegeningen en gaat onwillekeurig vergelijken. Wanneer dat buitenland Japan is en met het openbaar vervoer werd bereisd, is de vergelijking tussen het reizen per trein de eerste. We kunnen vaststellen: de spitstrein in Nederland is geen feest. Het is eerder thuiskomen van een koude kermis.

Japan RailwaysElk treinstel van Japan Railways bestaat uit een aantal rijtuigen, in Nederland ook bakken genoemd. De 52 Yamanote-lijntreinen hebben elk maar liefst elf bakken en bieden de reiziger met zes deuren per bak ruime instapmogelijkheden over een lang perron. De reizigers wachten op het perron bij op de grond aangegeven markeringen. Elke ingang van het rijtuig heeft een eigen markering. Deze bestaat uit een streep waarachter een rij dient te worden gevormd. Voetstappen schrijven voor hoeveel ruimte er tussen de wachtenden zou moeten zijn. De rij is diagonaal ten opzichte van de perronrand zodat er zo veel mogelijk ruimte wordt opengehouden voor treinverlaters. De machinist slaagt er steevast in om de trein exact te laten stilstaan bij de markeringen, zodat deuren en de rij reizigers efficiënt matchen.

Het Japanse spoorwegnet is het drukste van de wereld. De top drie van ’s werelds drukste stations wordt gevormd door de Yamanote-stations Shinjuku, Shibuya en Ikebukuro. Via Shinjuku worden jaarlijks 1,2 miljard reizigers vervoerd. Toch kan iedereen mee: de zitbanken zijn in de lengte van de trein gepositioneerd en de Japanse reiziger vindt een staanplaats op korte afstanden geen probleem. Elk rijtuig heeft een aantal priority-seats, bestemd voor ouderen, minder validen, zwangere vrouwen of ouders met kleine kinderen. Zodra iemand van deze groepen zich meldt wordt opgestaan. In de praktijk blijven deze banken vaak ondanks de drukte zelfs onbezet, niemand haalt het in het hoofd om van deze bank gebruik te maken als hij of zij niet tot de aangegeven categorieën behoort.

Zeven kwaliteiten

Staan in de trein is vanzelfsprekend | Een uitgebreid systeem van stangen en handgrepen aan lussen zorgt er voor dat iedereen grip houdt op de reis. En een eigen persoonlijke ruimte behoudt. In Japan botst niemand tegen elkaar op, of het moet wel heel druk zijn. Maar zelfs dan leunt niemand opzettelijk of per ongeluk tegen de ander aan, hoe de trein ook schommelt – al is er niet zelden maar een centimeter afstand tussen reizigers.

Frequentie | Wanneer de trein vol raakt, schikken de reizigers zich, ze verstaan de kunst van het dicht op elkaar staan en toch nog de telefoon te kunnen raadplegen, een boek te lezen of een uitje te knappen. En om te voorkomen dat ‘heren’ dames onzedelijk betasten beschikt elke spitstrein over een rijtuig uitsluitend voor vrouwelijke reizigers bedoeld. Wanneer de trein echt te vol is en zelfs de ‘pushmen’ er geen reizigers meer bij krijgen gepropt, wachten reizigers dan maar even op de volgende trein. De Yamanote-treinen komen om de drie minuten aan. Maar ook andere treinen en metro’s rijden in de regel frequenter dan in Nederland. Zelfs de Shinkansen Nozomi tussen Kyoto en Tokyo wordt elke tien minuten “gelanceerd”.

Bagage | Koffers en tassen worden werkelijk in de bagagerekken geplaatst om zo veel mogelijk ruimte te creëren voor elkaar. Dus niet op de bank naast reizigers en ook niet in het gangpad. Wanneer er geen zicht is op de koffer omdat er gedurende de reis mensen voor komen staan, is dat geen probleem. We zijn in Japan, bijna iedereen blijft vanzelfsprekend van andermans eigendommen af. Bij het betreden van de perrons op Schiphol krijgt de reiziger in vier talen de waarschuwing koffers zeker niet uit het zich te verliezen. In verband met veiligheidsredenen, wordt erbij vermeld. Ongetwijfeld als maatregel tegen terrorisme, maar wellicht ook een eufemisme om aan toeristen en in Nederland terugkerende reizigers te verstaan te geven dat er hier gestolen wordt als de neten.

Gelijkvloers | Dubbeldeksrijtuigen zie je niet zoveel in Japan. Liever een lange trein dan een dubbelgedekte. Koffers en tassen omhoog zeulen en omlaag tillen over trappen vindt men ook in Japan niet fijn. Het zou ook ten koste gaan van het aantal ingangen. De Nederlandse dubbeldekkers hebben onvoldoende mogelijkheden om grote koffers bij de stoel of in het bagagerek te plaatsen. Wie in Nederland in een dubbeldekker dus aangeraden wordt om echt op zijn of haar koffers te passen is veroordeeld tot een staanplaats op het balkon, dat door de opgaande en afdalende trap en deuren aan beide zijden vrij krap bemeten is.

Stilte en respect | Japanse treinen zijn stil. Men wordt regelmatig via het omroepsysteem verzocht om telefoons op stil te zetten en geen luide gesprekken te voeren. Er wordt in de trein niet gebeld, de smartphones worden gebruikt om te navigeren, de opmaak te checken met de camera aan de voorzijde en te texten met LINE of iMessage. Wie een fimpje kijkt of muziek luistert heeft oortjes in. Nederlandse reizigers worden nog weleens gefêteerd op het mee mogen luisteren met conversaties, luid en intiem. Aan de telefoon of met elkaar hier nemen niet alle reizigers een blad voor de mond. Wanneer de spitstrein hier te vol is wordt de stemming jolig en worden grappen en grollen gemaakt over de situatie. Nederland bedacht daarom stiltecoupés die eigenlijk niet nodig zouden hoeven zijn.

Iedereen is gelijk | Japan hanteert in haar lokale en regionale treinen geen onderscheid meer tussen tweede en eerste klasse. op deze manier kan de ruimte optimaal worden benut. Treintickets worden ook niet in de trein gecontroleerd, maar bij de ingang en uitgang van de haltes. Je betaalt voor het aantal af te leggen haltes en niet voor onderscheid in comfort. De Shinkansen-treinen en andere lange afstandstreinen kennen nog wel een eerste klasse, waarvoor specifieke plaatsen worden gereserveerd. De Nozomi telt vijftien rijtuigen waarvan alleen de eerste drie ongereserveerde stoelen bevatten, de rest wordt per stoel geboekt.

Waar ben ik? | Het omroepsysteem in de Japanse trein speelt een belangrijke rol. Elke halte wordt ruim van te voren aangegeven, zowel in het Japans als Engels, Chinees en Koreaans. Meerdere malen en goed verstaanbaar. Ook wordt aangegeven of de deuren aan linkerzijde of aan de rechterzijde zullen openen. Boven elke uitgang is bovendien op een scherm te volgen waar de trein zich bevindt. De haltes vormen punten op een lijn en ook deze haltes worden zowel in het Japans als Engels aangeduid. In Nederland is dit systeem in de vergetelheid aan het raken, men gaat er wellicht van uit dat eenieder een app hanteert om zijn of haar plaats te bepalen. Toeristen zonder wifi- of 4g-netwerk raken echter verdwaald of minstens onzeker.

De spits is geen feest

De trein die we om vijf uur in de vooravond op Schiphol namen om met koffers en rugzakken naar Nijmegen te reizen, werd beloofd als een treinstel met tien dubbeldeksbakken. De conducteur verontschuldigde zich dat het er maar vier werden. Hij wist ook niet waarom, maar liet duidelijk zijn plaatsvervangende schaamte horen en adviseerde de reizigers eventueel ongemak te melden bij de vervoerder via de druktemelder in de app. Het ongemak was niet eventueel, maar zeker. Vanaf Schiphol vertrek je met een nagenoeg lege trein, staande in het portaaltje vanwege het eerder genoemde kofferadvies. Maar al snel raakt de trein zodanig vol dat het bordes alle gelijkenis vertoond met haringen in een ton. Er wordt geduwd en gesjord, iedereen vindt dat ie toch echt mee moet met deze trein en stapt in, ook als dat niet meer kan. De verwachte grappen en grollen worden inderdaad luidkeels gemaakt, de harde telefoongesprekken gaan over beëindigde relaties en waarom dat oneerlijk is, over het stopzetten van een voetbalcarriere bij Vitesse, over schimmelinfecties, Groningse aardbevingen en over de mogelijkheden voor de aanstaande warme maaltijd. Vasthouden aan relingen, stangen of lussen is er niet bij, ze ontbreken. Men gebruikt elkaar als leuning, paardenstaarten van hem en haar slaan tegen wangen. De zuurstof wordt ras opgebruikt, de klamme lucht van – in elk geval – jassen dringt zich op en het zicht in de trein wordt minder dan vijf centimeter. Waar je je bevindt is niet te verstaan en niet te zien, de omroepinstallatie staat te zacht of uit en kan het in elk geval niet winnen van de tientallen individuele gespreksomroepers en groepsgrappenmakers. Boven de deuren geen punten op een lijn. Na de overstap in Nijmegen op een sprinter werd de reis comfortabeler. De spits kwam immers ten einde en de trein zelf is ruimer en gelijkvloers. Meer Japans, voor wie zich een voorstelling wil maken. De overstapwachttijd op het perron is hier beduidend langer dan in Japan. Ook hier echter geen visuele aanduiding over waar je je bevindt. De dubbele monitoren ter hoogte van elke deur lieten alleen een fraaie foto zien van onze geelblauwe trots razende over de brug van Zaltbommel.

Razend?

Welneen, je past je weer onmiddellijk aan aan de Nederlandse situatie en berust. Je komt immers thuis van een fantastische reis naar Japan en niet van een koude kermis. Dat nemen ze je niet zomaar af. Wel wordt het weer eens duidelijk: de Nederlandse spoorvervoerders zetten te vaak te weinig materieel in en geven geen bevredigende redenen op voor veranderingen in treinsamenstellingen of storingen. Er wordt onvoldoende geld geïnvesteerd in een adequate treinlogistiek. De vervoerder zelf doet het niet, en de overheid past niet bij. De gedachte dat de reiziger de treindienstregeling volledig moet betalen wordt in Nederland nog volop geaccepteerd door de burger. In Japan is het openbaar vervoer echter drie maal goedkoper dan hier en slagen reizigers, vervoerders en overheid er uitstekend in om een uitstekende service te bieden. Veel Japanners laten de auto graag staan omdat de trein zo gek nog niet is. Hier overweeg je om voortaan toch de auto maar op langparkeren te gaan zetten in Aalsmeer. Bevreemdend is dat we er met zijn allen niet echt tegen in opstand komen. Er is in Nederland geen ‘met zijn allen’.

Als het hier om een sportuitslag zou gaan zou de stand 7-0 zijn. Japan Railways – en de Japanse reizigers – doen het veel beter op zeven hier genoemde terreinen. Opmerkelijk, want Japan en Nederland zijn zeer vergelijkbaar in welvaart en drukte. We delen echter ook een punt uit aan Nederland. De machinisten en conducteurs hier verdienen een compliment. De eersten moeten het immers met oude bakken (een Nederlandse term dus) doen op een netwerk dat – onduidelijk – niet door hun eigen bedrijf wordt onderhouden en de conducteurs hier zijn mensen, zichtbaar en moeten verantwoording afleggen voor storingen en ongemakken waar ze niet van weten en niets aan kunnen doen.

Dit bericht werd geplaatst in Verkeer en transport en getagd , , , , door Cees Omes . Bookmark de permalink .

Over Cees Omes

Onderwijskundig adviseur/programmeur, docent en trotse vader van drie zonen die volledig "into Japan" zijn. Twee daarvan hebben in Leiden de studierichting Talen en Culturen van Japan afgerond, de derde is een Anime-Otaku. Naast Cool Japan en eeuwenoude culturele tradities beschouwt hij vooral Sociaal Japan. Cees verwondert zich over de sociale cohesie en oplossingen die Japan kiest voor vraagstukken wanneer mensen met elkaar omgaan. Op straat, in het gezin, het onderwijs en in de zorg.

9 gedachten over “Japan Railways versus Nederlandse Spoorwegen: 7-1

  1. 100% mee eens Cees! Ben zelf ook net weer terug van de jaarlijkse reis naar de schoonfamilie in Japan en de Nederlandse trein valt altijd weer koud op ons dak. Het lijkt zo makkelijk, maar wat de Japanners met hun spoorwegen doen zal wel “rocket science” zijn.

    • Ha Wouter, dank voor je bericht! Op onze facebookpagina vulde iemand mij aan: Ook geen uitpuilende vuilnisbakken of vieze stoelzittingen in de trein in Japan!
      En zo is dat! Er staat zoals je weet bij elk eind- of keerpunt van een regionale trein of Shinkansen een enthousiast en gedreven team klaar dat de trein in topconditie houdt. Maar sterker nog, Japanners eten of drinken niet in de trein en als ze dat onverhoopt toch doen, nemen ze hun afval mee naar huis in de jas of bagage. Er zijn daarom in de overige publieke ruimten (onder meer op straat) nauwelijks afvalbakken te vinden, want niet nodig. Japan is een beschaafd land.

  2. Op zich geheel mee eens, maar toch wel een kanttekening: de geschetste situatie gaat wel uitdrukkelijk op voor de grote steden en directe omgeving. Of wellicht beter gezegd: zolang je maar in de buurt van het shinkansen/Limited Express-netwerk blijft. Daarbuiten is het allemaal toch minder vanzelfsprekend.

    Ik ben inmiddels in aardig wat uithoeken van Japan geweest, en dan valt toch op dat daarbuiten de frequentie van de treinen wel snel afneemt. Op veel trajecten mag je dan al heel blij zijn met één trein per uur, maar op Hokkaido of Shikoku kan het soms ook om 3 of 4 treinen op een dag gaan. En stukje bij beetje worden er ook meer lijnen afgestoten. Maar uiteraard wel altijd brandschone treinen en stipt op tijd.

    Een ander deels daaruit voortvloeiend puntje van irritatie is de onregelmatige dienstregeling in Japan, wat vaak ook weer heel ongelukkige overstappen tot gevolg heeft. In Nederland weten we niet beter dan dat treinen elk uur op dezelfde tijd rijden, en meestal ook vrij aardig op elkaar aansluiten. In Japan lijken de tijden soms welhaast random gekozen, en heeft het me regelmatig verbaasd dat je geregeld zeer lange overstappen kan hebben, en je als je pech hebt meer zit te wachten dan daadwerkelijk onderweg bent. En dat bijvoorbeeld lokale bussen ook totaal niet op de treinen zijn afgestemd. Relatief korte reizen kunnen daardoor soms verbazingwekkend lang duren.

    In Nederland is dat contrast toch beduidend minder groot. Op de drukke trajecten legt de NS het inderdaad riant af tegen JR, maar daarbuiten blijven ze wel een hogere standaard hanteren. Zijn er in ons land überhaupt nog lijnen met minder dan 2 treinen per uur?

    Maar goed, uiteraard speelt het wel een rol dat ons land een stuk compacter is dan Japan, zelfs de verste uithoeken zijn hier nooit meer dan enkele tientallen kilometers van een stad van enige omvang. Dat is in de meer bergachtige gebieden van Japan toch wel anders. Ga van Abashiri naar Kushiro, dan rij je 3,5 uur lang 170km door een uitgestorven niemandsland….

    • Je maakt het Japanse spoorbeeld nog completer, je hebt helemaal gelijk. Mijn belangrijkste doel was om de spitsen in Nederland en Japan met elkaar te vergelijken. Zowel de vervoerder als de reizigers zelf zijn anders georganiseerd. Zodra je je buiten de Kansai en de Kanto-regio’s begeeft neemt de kwaliteit van de frequentie inderdaad wat af. Blijven er echter nog steeds zes van de andere kwaliteiten over waar we hier van kunnen leren. Aan je mailnaam te zien, bereizen we regelmatig samen het traject tussen Den Bosch en Nijmegen. Althans, dat proberen we, met name in de weekeinden vallen treinen zonder duidelijke redenen nogal eens uit. Een springer? Of de enkelsporige brug bij Ravenstein? Koperdiefstal? Onderhoud aan Osse wissels dat uitloopt? In Japan wordt elke railstaaf élke nacht gecontroleerd en waar nodig ook in het luwe donker gerepareerd. Worden reële inschattingen gemaakt én gecommuniceerd. Japan houdt rekening met aanzienlijk grotere klimaatschommelingen, sneeuwval, aardbevingen, landslides én met de reiziger.
      Hartelijke groet!

      • Ik bereis dat traject slechts een paar keer per jaar. Onderweg naar Schiphol. Meestal om naar Japan te gaan 🙂

        Ik heb overigens die andere kwaliteiten in 2013 zelf aan de lijve ondervonden. Ik zat in Tokyo, er was voor de hele dag niets dan regen voorspeld, dus ben ik maar naar Saitama gegaan voor het (grandioze!) Railway Museum. Echter, zo halverwege begon het plotseling te sneeuwen! Dat terwijl alle voorspellingen (ook op de schermpjes in de trein….) uitgingen van zo’n 10 graden en regen, heel veel regen.

        Eenmaal in het museum wou ik het dak op om de passerende treinen aan weerszijden van het museum te aanschouwen. Maar het dak was gesloten. En toen viel me ook pas op dat er überhaupt geen treinen langsreden. Uit navraag bleek dat er volkomen onverwacht meer dan 40 cm sneeuw was gevallen en er nog steeds meer naar beneden kwam. En dat daardoor praktisch het gehele treinverkeer aan de noordkant van Tokyo tot stilstand was gekomen. Ook in Japan dus.

        Wel even spannend uiteraard, want hoe kom ik dan weer terug in Tokyo? Zo tegen de avond kwam alles echter weer een beetje op gang. Uiteraard met een flink ingeperkte dienstregeling. Uiteraard met een onvoorstelbare drukte op Omiya Station. En uiteraard met zeer beperkte (maar toch nuttige) informatie in Engels. Het perron waar mijn trein zou vertrekken stond dan ook helemaal ramvol, en ik vreesde al even dat het nog lang ging duren alvorens ik mee zou kunnen als een sardientje in een volgepakte trein. Maar op de een of andere manier pasten we allemaal zonder gedrang in de eerstvolgende trein, en sowieso merkte je nergens iets van chaos of paniek. Het ging allemaal juist heel georganiseerd en erg gemoedelijk. Ook eenmaal terug op Ikebukuro leek er weinig aan de hand, terwijl er tijdens de avondspits nog steeds een hoop lijnen problemen hadden. De dagen erop is er nog wel wat meer sneeuw gevallen, maar dat heeft geen merkbare overlast meer opgeleverd.

        De volgende dag las ik op Nu.nl dat er in Nederland liefst 2 cm sneeuw was gevallen, dat zo’n beetje het gehele treinverkeer op z’n gat lag, en dat de ME nodig was om een woedende mensenmassa die al urenlang zonder enige informatie vast zat op een overvol en ijskoud Utrecht CS in bedwang te houden….

        Ik ben overigens ook twee keer in de winter naar Hokkaido en Tohoku geweest, en daar ook diverse malen de nodige hinder ondervonden. Maar daar gaat het dan ook om hoeveelheden sneeuw die wij ons nauwelijks kunnen voorstellen, en er zijn dan toch altijd weer grenzen aan waar je je op kan voorbereiden. Maar het wordt altijd goed verholpen, en misschien nog wel belangrijker: er is altijd wel enige vorm van informatievoorziening.

  3. En wat betreft al dan niet eten in de trein: in lokale treinen inderdaad niet. Maar wat is er nu Japanser dan een flinke afstand afleggen onder het genot van een ekiben? Maar niet knoeien uiteraard 😉

    • Ekiben (駅弁) zijn een specifiek soort bento box-maaltijden, die worden verkocht aan boord van regionale treinen en op stations in Japan. Ze zijn voorzien van wegwerp eetstokjes of lepels. Ekiben bento boxen worden vervaardigd uit kunststof, hout of zelfs keramiek en zijn soms niet alleen smakelijk, maar ook collectors-items. Feest! Dat is het. Veel stations zijn beroemd om hun bijzonder smakelijke ekiben, samengesteld met lokale specialiteiten. De jaren 80 waren het gouden tijdperk van de ekiben. In die tijd was reizen per vliegtuig vrij duur en waren treinen langzamer. Japanology Plus heeft enige tijd geleden een prachtige video-reportage gemaakt over Ekiben. Van harte aanbevolen.

  4. Helaas gaat er zo nu en dan nogal eens wat mis met de treinbezetting in de spits. En zoals je al terecht opmerkte, wij (het rijdend personeel) vinden dat meestal net zo waardeloos als de reizigers. Sommige collega’s zijn er zelfs zo klaar mee dat ze een te kleine trein niet mee willen nemen omdat door de extreme drukte in zo’n trein de veiligheid niet meer gegarandeerd kan worden. Waarmee je dan wel het probleem verschuift naar de volgende trein, die dan ook weer drukker wordt. Kortom, ook wij zijn er mee bezig en ook wij begrijpen er vaak niets van!
    Toch wil ik met gepaste trots nog wel even vermelden dat onlangs bekend is geworden dat Nederland en dus de NS het in vergelijking met andere Europese landen super goed doet!!! Alleen Japan is dus nog een maatje te groot voor ons (Of zoals Johan Cruijff ooit al eens zei: Japanners kunnen niet van je winnen, maar je kan wel van ze verliezen…….). Maar je zei het zelf al, dat ligt waarschijnlijk ook een beetje aan het verschil in mentaliteit. Nog steeds maak ik mee dat er bij een verstoring op en baanvak wegens een zelfdoding reizigers aan mij vragen of die ‘rommel’ niet wat later kan worden opgeruimd zodat de treinen kunnen blijven doorrijden…..!
    Om toch een beetje positief te eindigen wil ik wel even vermelden dat er binnenkort heel veel nieuw materieel bij NS instroomt. Van supermoderne sprinters tot comfortabele intercity’s. Dus als jullie volgende keer weer naar Japan gaan is de kans ietsjes groter dat jullie treinreis in Nederland ook geheel naar wens verloopt. Hopelijk denk je dan ook weer even aan de machinist en de conducteur….?!

    • Toch zou de efficiëntie flink verbeterd kunnen worden met platformdeuren en een trein die altijd op dezelfde plek stopt. Plus de wc’s bij de NS zijn altijd een gigantische bende. In Japan zijn ze altijd schoon.

      Ik zit nu voor werk in Japan en t contrast is echt enorm. In Japan is t geen chore om de trein te nemen. Alles is schoon, netjes en op tijd. Mensen zijn ook oprecht trots op het treinnetwerk hier. Dan kom je in Nederland en iedereen daar beschouwt t OV een beetje als een liefdadigheidsproject voor de armen of gehandicapten. En zoals in de blog-post hierboven zijn Nederlanders LUID! Als ik al met de trein ga in NL koop ik altijd een 1e klas kaart zodat ik niet bij t schreeuwende “klootjesvolk” hoef te zitten. Want wat is mij meer waard? m’n geld of m’n mentale gesteldheid? dan kies ik toch liever voor t laatste….

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *